Vochtigheidsregeling

Als een bouwelement of bouwlaag twee ruimtes met een verschillende temperatuur en luchtvochtigheid scheidt, heerst aan beide kanten verschillende partiële waterdampdrukken. Onder dit drukverschil beweegt waterdamp door de bouwmaterialen. Dit noemt men waterdampdiffusie. De weg of richting gaat steeds van warm naar koud. Het veruit grootste deel van het vocht ontsnapt omwille van luchtstromen door lekken. Terwijl via 1 m² muur of plafond gedurende een verwarmingsperiode slechts 0,3 liter water ontsnapt, dringt er door een spleet van 20 cm lang en 2 mm breed tot 30 liter water in de constructie binnen.

Waar komt waterdamp vandaan en waar gaat hij heen?

Bewoners van een huis produceren dagelijks vocht in de woonruimtes door te ademen, slapen, koken, douchen, ... Een huishouden van 4 personen kan in de loop van een dag tot 10 liter vocht aan de kamerlucht afgeven. Een deel daarvan wordt afgevoerd door te verluchten, de resterende waterdamp in de lucht heeft echter net als warmte de neiging om via de buitenste bouwdelen een weg naar buiten te zoeken. Warme lucht kan meer vocht bevatten dan koude lucht (bv. bij 20 °C 17,3 g/m³ terwijl bij -10 °C slechts 2,14 g/m³). Als warme lucht te snel afkoelt, geeft ze vocht af en ontstaat er condensaat. Overigens: Iedereen die al eens een bierflesje uit de koelkast heeft genomen, kent dit principe.