Item gemarkeerd
Er is een fout opgetreden Probeer het later nog eens
Terug naar overzicht

AIRSTOP SD50 Damprem

AIRSTOP SD50 Damprem
LOGICO_CE_schwarz LOGICO_FR_Innenraumemission_A+
Is een dampremmende folie voor dak- en wandconstructies.
  • Universeel en economisch

Verkrijgbaar in volgende afmetingen

Artikelnummer Rolbreedte Rollengte Rol / Pallet Totaal Watchlist
2SD5031050 3.1 m 50 m 30 Rol 4650 m²
2SD50310100 3.1 m 100 m 20 Rol 6200 m²

Toepassingsgebied

  • Voor dak- en wandconstructies
  • Voor aan de buitenkant diffusie-open bouwelementen
  • Voor gebruik binnenshuis

Voordelen

  • Rasterbedrukking
  • Gemakkelijk te verwerken

Productgegevens

Is een dampremmende folie voor dak- en wandconstructies.
Samenstelling
PP-spinvlies met functionele PP-film
Kleur
Wit
Oppervlaktegewicht
95 g/m²
Oppervlaktegewicht
EN 1849-2
sd-waarde
50 m
sd-waarde - Standaard
EN 1931
Temperatuurbestendigheid
-20 °C
Temperatuurbestendigheid
60 °C
Rekbaarheid - langs
50 %
Rekbaarheid - transversaal
40 %
Rekbaarheid
EN 12311-2
Maximale treksterkte - langs
>100 N/200 mm
Maximale treksterkte - transversaal
>100 N/200 mm
Maximale treksterkte
EN 12311-2
Doorscheurweerstand - langs
> 100 N
Doorscheurweerstand - transversaal
> 100 N
Doorscheurweerstand
EN 12310-1
Opslag
Koel en droog
Brandklasse
E
Brandklasse
EN 13501_1 / EN 11925_2

Verwerkingsrichtlijn

INFO

De dampremmende folie kan als luchtdichte en dampremmende laag in wand-, dak- en plafondconstructies worden ingezet.
INFO

(1) MECHANISCH BEVESTIGEN VAN DE DAMPREMMENDE FOLIE

De dampremmende folie wordt doorgaans dwars op de spanten, staanders of balken aangebracht, de gladde resp. bedrukte zijde naar de verwerker gericht. De banen met tackerkrammen ca. 10 cm overlappend mechanisch op het constructiehout bevestigen. Bij metalen C-profielen kan deze provisorisch worden bevestigd met dubbelzijdig plakband of evt. spuitcontactlijm.
(1) MECHANISCH BEVESTIGEN VAN DE DAMPREMMENDE FOLIE

(2) LUCHTDICHT PLAKKEN

Het luchtdicht plakken van de naden, aansluitingen en doordringingen moet met het AIRSTOP Plaksysteem worden uitgevoerd.
(2) LUCHTDICHT PLAKKEN

(3) DWARS LOPENDE BETENGELING / BEPLANKING VAN DE SPANTEN

Vooraleer de inblaasisolatie wordt aangebracht, worden de dwarslatten met asafstand ≤30 cm in de binnenruimte aangebracht. Deze latten worden best op de opgaande verklevingen geplaatst om de gekleefde plaatsen te ontlasten! Gekleefde en drukbelaste aansluitingen worden best mechanisch opgevangen. Folies niet opspannen!
(3) DWARS LOPENDE BETENGELING / BEPLANKING VAN DE SPANTEN

(4) BETENGELING IN DE LENGTE

Wanneer er geen dwars lopende betengeling voorzien is, bv. wanneer een houten beplanking op lengtelatten geplaatst moet worden, moet de dampremmende folie evenwijdig met het spant of de constructie worden geplaatst. De naden moeten hierbij op het constructiehout liggen en er ook naadoverlappend op getackerd en met AIRSTOP plakband geplakt worden. Voor het aanbrengen van de inblaasisolatie moeten de lengtelatten worden aangebracht om de geplakte plaatsen mechanisch te ontlasten.
(4) BETENGELING IN DE LENGTE